BioMACS kan in drie dagen wat nu drie jaar duurt: het testen van de reactie van verschillende menselijke cellen op het materiaal van protheses. Die vinding kan verstrekkende gevolgen hebben. Minder infecties, minder afstotingsverschijnselen, minder problematisch littekenweefsel. Kortom: een betere samenwerking tussen prothese en lichaam.
Patrick van Rijn is er als onderzoeker bij het UMCG al jaren druk mee, samen met de studenten en promovendi die hij begeleidt. Monnikenwerk eigenlijk, dat veel zegt over de drive van de chemicus. ,,Ik ben geïnteresseerd in de wisselwerking tussen lichaam en prothesemateriaal. Hoe kan het dat het ene materiaal wordt afgestoten door het lichaam, terwijl het andere gastvrij ontvangen wordt?’’ ,,Ik weet dat elk materiaal en elke type cel invloed hebben op de succesratio. De ene cel houdt bijvoorbeeld van een prothese met een zacht oppervlak, de andere wil iets ruw en hard. Maar een goede manier om veel verschillende combinaties te testen, was er niet. En dat had ik voor mijn onderzoek wel nodig. Deze technologie ben ik dus eerst gaan ontwikkelen. Je zou me de maker van mijn eigen gereedschap kunnen noemen.’’