Hij legt momenteel de laatste hand aan een test die genetische doping kan aantonen. Maar Hidde Haisma, hoogleraar farmaceutische genmodulatie aan de RUG en verbonden aan de WADA (Wereld Anti-Doping Autoriteit), denkt genuanceerd over dopinggebruikers. Hij wil meer de sporter beschermen dan de sport op zich. ‘Onder druk doen topsporters gekke dingen.’
Haisma heeft de afgelopen twee jaar samen met collega’s gewerkt aan een nieuwe test die gendoping op kan sporen. Hij is duidelijk over zijn drijfveren en de kans op een dopingvrije wereld. ‘Zonder goede test krijg je ongelukken. Ik weet ook wel dat de strijd tegen doping niet stopt na onze test. Heel veel regimes en personen willen heel ver gaan voor een topprestatie. Daarom moeten we sporters tegen zichzelf en anderen in bescherming nemen. Ik ben echt geen voorstander van overheidssturing en controle op van alles, maar hierbij zeker wel. Anders gaan er doden vallen.’
Epo-gen op bestelling
Rustig en begrijpelijk vertelt Haisma over zijn onderzoek. Het is te merken dat hij gewend is om niet alleen met vakgenoten te communiceren. Hoewel genetische doping om meer draait dan alleen het epo-gen, neemt Haisma dat als voorbeeld. ‘Epo is een hormoon dat iedereen in de nieren aanmaakt. Het stimuleert de aanmaak van rode bloedcellen. Je kunt epo inspuiten, een bekende vorm van doping. Maar iedereen heeft ook een gen voor het epo-hormoon, en ook dat kun je inspuiten. Je spieren gaan dan epo aanmaken en daardoor krijg je meer rode bloedcellen. Dan spreken we van genetische doping.’ Een gen inspuiten, het klinkt als science-fiction. Maar een kind kan de was doen. ‘Tja, het epo-gen is gewoon te bestellen via internet. Er is geen wet die de verkoop ervan verbiedt. Een journalist heeft het hier ter plekke wel eens besteld. En je kunt het in principe ook zelf inspuiten.’
Korte genen
Het gebruik van gendoping is nog nooit aangetoond, al bestaat er wel een - oudere - test. Maar een test ontwikkelen is nog maar de eerste stap. ‘Laboratoria in alle landen moeten de test kunnen uitvoeren, de uitslag moet juridisch niet aan te vechten zijn. Dat is een lang proces. Er is daarom bij sporters nog niet echt getest.’ Hoe werkt zo’n test eigenlijk? ‘In ons epo-gen zit ook zogeheten ‘junk-dna’, dat niet relevant is voor de aanmaak van epo. Het epo-gen is daardoor te groot om te kunnen gebruiken. Daarom knip je er circa negentig procent vanaf, en die spuit je in. De huidige test kijkt daarom naar genetisch materiaal dat een stuk ‘korter’ is dan gewone genen.’
Nauwkeuriger testen
Haisma heeft de afgelopen twee jaar gewerkt aan een andere, betere test. Wat dreef hem, behalve het voorkomen van ongelukken? ‘Toch die nieuwsgierigheid, iets verder willen ontwikkelen. Er is al een test, maar wij kunnen het beter. Dat idee. Als je die houding niet hebt heb je op de universiteit niks te zoeken, denk ik.’ De nieuwe test is nauwkeuriger dan de al bestaande, betoogt Haisma. ‘Een epo-gen is bij iedereen voor bijna honderd procent hetzelfde. Maar toch zal er altijd een miniem verschil zijn tussen jouw en mijn dna. Die 0,01 procent verschil tussen lichaamseigen en ‘vreemde’ genen kan onze test opsporen. We hebben inmiddels aangetoond dat hij werkt. Maar we moeten nog kijken naar de gevoeligheid en onderzoeken hoe gemakkelijk de test uit te voeren is in een lab. Eind dit jaar verwacht ik verslag te doen aan de WADA.’ Haisma, zelf tennisser en zeiler, is wereldwijd een van de experts op dit vlak. Normaal doet hij vooral onderzoek naar gentherapie. ‘Tot twee jaar terug deed ik helemaal geen onderzoek naar gendoping. Dat is eigenlijk een uit de hand gelopen hobby,’ zegt hij glimlachend. Maar wel een hobby die hem aan het denken heeft gezet.