Uit een recente rondgang van RTL Nieuws bleek al dat zwangere vrouwen vaak niet weten dat zij zich voor ongeveer 40 euro kunnen laten inenten tegen de kinkhoest. Vier studenten van de Rijksuniversiteit Groningen (RuG) zijn een onderzoek gestart naar de ervaringen van vrouwen in het noorden van het land. De eerste resultaten laten hetzelfde zien als RTL: vrouwen weten niet dat zij zelf een prik kunnen halen tegen kinkhoest. Ze zijn bovendien ook huiverig voor het vaccin en betwijfelen de werkzaamheid ervan. Ondanks de aanbevelingen van de Gezondheidsraad, is het ministerie van volksgezondheid terughoudend over de landelijke invoering ervan. Dat meldt het Dagblad van het Noorden.
Samen met de GGD zoeken de vier geneeskundestudenten uit hoeveel zwangere vrouwen op de hoogte zijn van het vaccin en wat hun verwachtingen ervan zijn. “We hebben onze gegevens nog niet helemaal geanalyseerd, maar we zien tot nu toe dat van de zwangere vrouwen in de omgeving van Groningen slechts 28 procent iets gehoord heeft over dit vaccin en dat veel vrouwen ook verwachten dat het effect van het vaccin niet veilig en effectief is”, vertelt onderzoeker Anouk van de Kuit.
Kinkhoest is een besmettelijke ziekte van de luchtwegen die vooral gevaarlijk is voor niet of onvolledig gevaccineerde baby’s. Daarom maakt de kinkhoestvaccinatie al sinds 1957 deel uit van het Rijksvaccinatieprogramma. De afgelopen 20 jaar komt kinkhoest toch weer vaker voor. Om jonge baby’s tegen kinkhoest te beschermen, heeft de Gezondheidsraad in 2015 een advies uitgebracht om zwangere vrouwen in het derde trimester van hun zwangerschap een inenting tegen kinkhoest aan te bieden. Het ministerie van volksgezondheid heeft hierover echter nog geen besluit genomen.
Naastgelegen landen als België en Groot-Brittannië enten zwangere vrouwen al in tegen de kinkhoest. Ook in de Verenigde Staten, Nieuw-Zeeland en Argentinië is de kinkhoestprik een standaardonderdeel van de zorg aan zwangere vrouwen en hun ongeboren kindje.
De GGD en RuG zijn op zoek naar meer zwangere vrouwen die aan het onderzoek willen deelnemen.
Door: Redactie Nationale Zorggids