Het remmen van zogeheten ‘checkpoints’, die het afweersysteem van kankerpatiënten er van weerhouden om de tumor aan te vallen, is een nieuwe manier om kanker te behandelen. De eerste resultaten zijn spectaculair en de ontdekking van de checkpoints en de manier om ze te remmen zijn dit jaar bekroond met de Nobelprijs voor Fysiologie of Geneeskunde. Maar niet alle patiënten hebben baat bij deze behandeling. Kankeronderzoekers van het UMCG, met collega’s van het Julius Centrum van het UMCU en het Amerikaanse biotechnologiebedrijf Genentech, laten nu zien dat de opname van een gelabelde checkpointremmer door de tumoren een maat is voor de reactie op de behandeling. De resultaten van het onderzoek zijn gepubliceerd in Nature Medicine op 26 november 2018.
NZG
PET scan kan effect van nieuwe kankerbehandeling voorspellen
-Al een lange tijd proberen artsen het afweersysteem van kankerpatiënten zover te krijgen dat dit de tumorcellen aanvalt. De resultaten vielen nogal tegen, ten minste, tot aan de ontdekking van checkpoints die de activiteit van het afweersysteem controleren. Bij kankerpatiënten zijn die checkpoints soms geactiveerd, wat een reactie van de eigen afweer tegen de tumor blokkeert. De ontdekking van de checkpoints en hun werking leidde tot de ontwikkeling van zogeheten checkpoint remmers, antistoffen die deze blokkade van het afweersysteem opheffen.
‘De resultaten van checkpoint remmers kunnen spectaculair zijn’, zegt professor Liesbeth de Vries, medisch oncoloog van de afdeling Medische Oncologie van het UMCG. ‘Maar niet alle patiënten reageren op de behandeling en we kunnen niet goed voorspellen wie er baat bij heeft en wie niet.’ Analyse van tumorweefsel met immuunhistochemie, waarmee het mogelijk is de aanwezigheid van checkpoints te bepalen, is op dit moment de beste beschikbare manier om patiënten voor deze behandeling te selecteren. Echter, deze techniek geeft ook vals-negatieve als ook vals-positieve resultaten op.
De Vries: ‘We zijn ons er steeds meer bewust van dat tumoren heel gemengd en ook veranderlijk kunnen zijn, terwijl een weefselmonster uit een biopt alleen een snapshot geeft van één plek. Daarom wilden we PET scans gebruiken, waarmee we het hele lichaam kunnen onderzoeken gedurende een week.’ De onderzoekers hebben nu resultaten gepubliceerd afkomstig van 22 patiënten met drie verschillende typen kanker: blaaskanker, niet-kleincellige longkanker en triple negatieve borstkanker.
De patiënten kregen een injectie met het antilichaam atezolizumab, dat gericht is tegen het checkpoint PD-L1, en wat gelabeld was met 89Zirconium. Met behulp van PET scans was het mogelijk tot een week na de injectie te zien waar dit antilichaam in het lichaam van de patiënt aan het checkpoint bond. Vervolgens zijn er tumorbiopten genomen en daarna ondergingen de patiënten een behandeling met hetzelfde antilichaam, maar dan zonder het label, en is gekeken of de tumoren er op reageerden.
‘Wat wij zagen was dat de algehele reactie van een patiënt op de behandeling het beste correleerde met de hoeveelheid van het gelabelde atezolizumab die de tumor opnam, zoals dat te zien was op de PET scan’, zegt De Vries. ‘En toen we keken naar individuele tumorlaesies, zagen we dat de mate waarin een tumor verschrompelde na de behandeling ook correleerde met de opname van gelabeld atezolizumab door die tumor.’ Met andere woorden: hoe meer van de gelabelde antilichamen de tumor opnam, hoe beter deze later reageerde op de behandeling. Dit verband was in deze studie dan veel sterker dan gevonden met immunohistochemisch onderzoek van weefselmonsters uit tumorlaesie. Op de scans was ook te zien dat de checkpoint remmer werd opgenomen door de milt, tumorvrije lymfeklieren, de amandelen en locaties van herstelde infecties.
Het onderzoek was vooral bedoeld om te zien of deze techniek kon werken, benadrukt De Vries. ‘Onze belangrijkste vraag was: zou zo’n PET scan een manier kunnen zijn om te voorspellen welke patiënten gaan reageren op de behandeling? Het antwoord daarop is ja.’ Deze eerste positieve resultaten moeten nu worden herhaald in een grotere groep patiënten en kunnen daarna worden gecombineerd met andere voorspellende factoren. ‘Een behandeling met checkpointremmers kan ernstige bijwerkingen hebben en kost veel geld. Dus wanneer we nauwkeurig kunnen voorspellen welke patiënten echt baat hebben bij de behandeling is dat heel zinvol.’, concludeert De Vries.